Dankzij de verschillende diepten kan er op diverse manieren worden gedoken. Op plaatsen waar het water niet al te diep is treffen we een goed verlichte algenlaag en meer dan honderd vel gekleurde diersoorten.
Op een diepte van 10 à 15 meter vinden we algen die zich hebben aangepast aan het gebrek aan licht, grote rotsblokken en koralen, zeesterren, hoornkoralen, inktvissen en kreeften.
Op meer dan 20 meter diepte komen we in de duisternis die wordt bewoond door koralen en ware miniatuurbossen van felle kleuren waar meer dan 600 diersoorten leven.
Dankzij de verschillende dieptes is het gebied geschikt voor professionele duikers, maar ook voor degenen die voor het eerst de duiksport beoefenen. Voor alle duikers is het schouwspel van leven en kleur gegarandeerd.
Talrijke grotten en tunnels wijzen erop dat deze uit kalkrotsen bestaande eilandengroep meer dan tienduizend jaar geleden onderdeel uitmaakte van het massief van de Montgrí.
Thans zijn de in de Medes-eilanden en langs de kust van de Montgrí aanwezige grotten, o.a. La Vaca , La Sardina , Dofí Nord en de tunnel van La Pedrosa , verrassende plekken voor ervaren duikers.
Niet ver van de eilanden ligt de Reggio Messina, een in 1991 met opzet tot zinken gebracht schip, het grootste van de Costa Brava dat door duikers bezocht kan worden.
Voor Cala Montgó zonk in 1971 het schip Avenire, bekend als Marmoler, dat in zijn vrachtruimte nog een marmerlading bewaart. Het is het enige schip aan de kust dat intact gehouden is.